Acute lymfatische leukemie (ALL)
Reisverslag Anna Østergaard
Juni 2024
Acute lymfatische leukemie (ALL) is de meest voorkomende vorm van kanker bij kinderen. Genetische afwijkingen in leukemiecellen spelen een belangrijke rol in de recidiefkans en daardoor bij therapiekeuze. 25% van de kinderen met ALL heeft het ETV6::RUNX1 fusiegen in hun leukemiecellen. Dit subtype heeft 1-2% recidiefkans wat suggereert dat veel patiënten met lichtere therapie kunnen genezen. Voor veilige therapiereductie is het van belang dat de recidiefkans goed ingeschat wordt, maar binnen ETV6::RUNX1 ALL zijn weinig factoren bekend die deze kans beïnvloeden. Naast de genfusie heeft de leukemie secundaire DNA-afwijkingen nodig. Er bestaan vaak meerdere klonen van leukemiecellen met verschillende secundaire afwijkingen naast elkaar. Het is onbekend wat het effect hiervan is op het ontwikkelen van een recidief. De afgelopen jaren heb ik veel celmateriaal van patiënten verzameld en een pilotstudie uitgevoerd waarin we het aantal DNA-kopieën in afzonderlijke leukemiecellen van patiënten hebben bepaald. Dit leverde interessante informatie op, maar beantwoordde niet alle bestaande vragen en dus wilde ik de genetische samenstelling van recidiverende ETV6::RUNX1 ALL graag nog verder in kaart brengen.
Mede door de René Vogels beurs, kon ik de eerste helft van 2024 afreizen naar Memphis in de Verenigde Staten om de Mullighan groep in St. Jude Children’s Research Hospital te bezoeken. St. Jude is het grootste kinderoncologische centrum in de VS en de onderzoeksgroep van dr. Mullighan heeft verschillende belangrijke studies op het gebied van ALL bij kinderen gepubliceerd. Binnen deze onderzoeksgroep wordt veel gebruik gemaakt van technieken die de genetische samenstelling van leukemiecellen in kaart brengen om de evolutie van de leukemiecellen tijdens therapie beter te begrijpen. De groep werkt ook veel samen met bedrijven aan het testen van vernieuwende technieken voor het uitlezen van genetisch materiaal.
Door mijn bezoek aan de Mullighan groep en de toegang tot de biobank van St. Jude kon ik meer patiënten toevoegen aan het cohort en veel verschillende technieken op het patiëntmateriaal toepassen. Uiteindelijk hebben we van 30 verschillende patiënten de genetische samenstelling van de leukemiecellen bij diagnose en ten tijde van het recidief in beeld kunnen brengen. Van al het patiëntmateriaal heb ik DNA geïsoleerd waaruit we de DNA-sequentie konden bepalen. Van patiënten waar veel materiaal van aanwezig was, gebruikten we naast de gangbare methode ook nieuwe technieken om de genetische samenstelling op individueel celniveau te kunnen bekijken en zo verschillende celpopulaties binnen de leukemie te kunnen detecteren. Het verwerken van al het patiëntmateriaal voor deze technieken heb ik gedaan tijdens mijn verblijf in St. Jude. Vanaf nu werk ik vanuit Nederland verder aan het analyseren van de resultaten in samenwerking met de Mullighan groep in St. Jude.